Bouw 1

Onderwijsvisie & schoolplan

Onderwijsvisie 2021

In het onderwijs op het Sint-Janscollege staat centraal dat we onze leerlingen een stevige kennisbasis en de vaardigheden om die kennis te benutten mee willen geven. Het gaat hierbij niet alleen om vakspecifieke kennis en vaardigheden maar ook om algemene kennis, algemene ontwikkeling en de algemene vaardigheden waarover zij als burger dienen te beschikken. In de huidige tijd vraagt de samenleving om een hoge mate van zelfstandigheid en besluitvaardigheid. Burgers worden geacht informatiestromen te kunnen filteren en het aanbod aan producten en diensten zodanig te beoordelen dat ze voortdurend onderbouwde keuzen kunnen maken. Wij vinden het daarom van groot belang dat onze leerlingen alvorens een mening te vormen op zoek gaan naar zo veel mogelijk relevante feiten en deze kunnen onderscheiden van meningen. Ook, dat zij meningen die anders zijn dan de hunne en de bijbehorende argumentatie op hun merites leren beoordelen.

Om bovenstaande zaken te waarborgen, is het nodig dat er veel aandacht aan taalontwikkeling wordt gegeven; de regio rondom het Sint-Janscollege, Parkstad en de landelijke omgeving daaromheen, staat deels bekend als sociaaleconomisch minder sterk en in het onderwijs wordt regelmatig een taalachterstand geconstateerd. Ook voor het Centraal Examen en in vervolgopleidingen is een goede taalbeheersing cruciaal. Leerlingen die kiezen voor versterkt Engels (onderbouw havo) of tweetalig onderwijs (vwo) krijgen op onze school een extra stevige basis in de Engelse taal; dit is vaak een enorm voordeel in opleidingen in het HBO en het WO maar ook in de carrière daarna. Via ons internationaliseringsprogramma komen leerlingen in contact met en leren over andere culturen, gewoonten en gebruiken. Leerlingen die extra uitgedaagd willen worden kiezen voor het gymnasium: de klassieke talen verruimen de blik en vragen veel doorzettingsvermogen, concentratie, nauwkeurigheid en inzet, zaken die leerlingen ook bij andere vakken en na het voltooien van hun opleiding op onze school helpen.

Wij willen de talenten van onze leerlingen zo maximaal mogelijk ontwikkelen, ook op andere gebieden dan alleen de schoolvakken; dit doen wij bijvoorbeeld door vakoverstijgende initiatieven zoals de masterclasses in de bovenbouw maar ook door middel van allerlei buitenschoolse activiteiten, KWT-plus lessen in de onderbouw en ons cultuurbeleid.

Wij willen een kwaliteitsschool zijn waar de leerlingen gestimuleerd worden om boven zichzelf uit te stijgen. De leerling wordt uitgedaagd om een actieve houding aan te nemen en deels zelf verantwoordelijk te zijn voor zijn ontwikkeling; dit gebeurt onder andere door het werken met keuzewerktijd waarbij leerlingen zelf bepalen voor welke vakken zij extra ondersteuning nodig hebben.

Daarbij wordt de leerling de kans geboden om zo hoog mogelijk te reiken zo lang dit ondersteund wordt door de intellectuele capaciteiten en de motivatie van de leerling. Door gedegen determinatie zit elke leerling aan het einde van de onderbouw op het juiste niveau. In vaklessen, projecten en buitenschools leren confronteren wij de leerlingen met de buitenwereld en ontwikkelen wij hun burgerschap. Een ander uitgangspunt voor ons onderwijs is de vooruitgang die leerlingen boeken en het op een positieve wijze waarderen daarvan.

De basis voor het vakgerichte onderwijs is de klassikale les; hierin leren vakdocent en leerlingen elkaar kennen en ontwikkelen de goede band die nodig is voor een goed leer- en werkklimaat. Dit betekent echter niet, dat alleen op een traditionele manier les wordt gegeven. Goede adaptieve lesmethodes die in digitale vorm voor steeds meer vakken op de markt komen helpen ons om leerlingen goed te volgen in hun leerproces en hen van duidelijke feedback te voorzien. Daarnaast zorgt de vernieuwbouw van onze school ervoor, dat docenten kunnen kiezen voor een andere werkwijze: er komt een collegezaal en de vaklokalen blijven bestaan maar zijn gesitueerd in de buurt van leerpleinen waar de docent leerlingen die de klassikale uitleg op dat moment niet nodig hebben in groepen of individueel aan het werk kan zetten. Hierdoor wordt differentiëren binnen de les gemakkelijker. Voor de docent betekent het bovenstaande ook, dat hij bevlogen les geeft en zijn onderwijs en lesgeven steeds kritisch beziet, gebruik maakt van een grotere variatie in didactische werkvormen en de groeiende mogelijkheden om individuele leerlingen bij te sturen benut.

Deels vindt het onderwijs buiten de klassikale setting plaats. Leerlingen kunnen de keuzewerkuren benutten om extra ondersteuning voor één of meerdere vakken te krijgen, een deel van hun huiswerk op school te maken en/of extra uitgedaagd te worden. Om deze uren optimaal te benutten verwachten wij van onze leerlingen dat zij niet afwachten maar zelf in actie komen: zelf bekijken welke extra ondersteuning nodig is en daar ook voor kiezen. Buitenschoolse activiteiten zorgen ervoor, dat leerlingen met dezelfde interesses elkaar ontmoeten en samen kunnen leren. Extra taal- en rekenlessen zorgen er waar nodig, in een andere samenstelling voor, dat de leerling hier geen achterstanden oploopt.

Twee laatste sleutelwoorden op onze school zijn samenwerking en begeleiding. Samenwerking met de ouders die ons via klankbordgroepen van advies kunnen voorzien. Samenwerking tussen de leden van
vaksecties waardoor het programma en de lessen van een sectie zo veel mogelijk op elkaar afgestemd worden, waardoor (delen van) lessenseries samen ontworpen worden en/of samen gegeven worden en waardoor werkdruk verminderd kan worden. Samenwerking tussen aanverwante vakken waar dit van meerwaarde is. Begeleiding van leerlingen vindt allereerst plaats door de mentor die het schooljaar van zijn leerlingen in overleg met collega’s, leerlingen en ouders in goede banen probeert te leiden. Waar nodig kan de mentor de afdelingscoördinator en de leerlingbegeleiding inschakelen. Ook de schooldecaan speelt een belangrijke rol in de begeleiding: loopbaanoriëntatie en –begeleiding kunnen de motivatie van onze leerlingen, een belangrijke sleutel tot onderwijssucces, vergroten; als leerlingen een doel voor ogen hebben, weten zij waar zij voor werken.

Schoolplan

Het Sint-Janscollege geeft in het schoolplan 2021-2025 de koers aan voor vier jaar. Deze koers dient als leidraad voor de ontwikkeling van de school.

Het schoolplan bevat onder andere een beschrijving van:

  • het onderwijskundig beleid
  • de beleidskaders en externe ontwikkelingen
  • de koers van de school
  • de organisatie (structuur)
  • het personeelsbeleid
  • het financieel beleid
  • het huisvestingsbeleid
  • het kwaliteitszorgsysteem

Met dit schoolplan voldoet het Sint-Janscollege eveneens aan de wettelijke verplichting om een schoolplan te bezitten. Over de gestelde doelen wordt jaarlijks verantwoording afgelegd aan het College van Bestuur van LVO, de Inspectie van het Onderwijs, maar bovenal aan leerlingen, ouders en andere direct betrokkenen. Dit schoolplan is besproken met en geaccordeerd door de MR. Het is leidend voor de keuzes die gemaakt worden om het onderwijs steeds beter te maken.